Deze Bijbeltekst; Marcus 9, vers 2
t/m 10, deed mij erg denken aan onderstaand nummer:
er valt licht bij mij naar binnen
ze staat naast me met haar tas
alsof er iets open gaat, iets wat er nog niet was
en dan denk ik, nee dan weet ik
ook al is het nog maar klein
het staat in steen gehouwen, ik moet nergens anders zijn
ze staat naast me met haar tas
alsof er iets open gaat, iets wat er nog niet was
en dan denk ik, nee dan weet ik
ook al is het nog maar klein
het staat in steen gehouwen, ik moet nergens anders zijn
ze kijkt heel lang naar de wolken
en dan kijkt ze naar mij
alsof ze nu iets nieuws ziet, alsof er iets aan haar verschijnt
en dan kijkt ze naar mij
alsof ze nu iets nieuws ziet, alsof er iets aan haar verschijnt
en dan lacht ze (ja dan lacht ze),
en dan straalt ze (en dan straalt ze)
en niemand die is vrij
ik kan maar niet begrijpen hoe ze zo zichzelf kan zijn
en niemand die is vrij
ik kan maar niet begrijpen hoe ze zo zichzelf kan zijn
dus open je ogen voor mij
loop je geluk niet voorbij.
loop je geluk niet voorbij.
er staat nooit iets in de sterren
wat een mens niet goed verstaat
alsof elke vorm van uitleg het veel te moeilijk maakt
maar je voelt het, en je ziet het
en je weet dat het zo is
je kunt niet meer begrijpen dat je nooit iets hebt gemist
alsof elke vorm van uitleg het veel te moeilijk maakt
maar je voelt het, en je ziet het
en je weet dat het zo is
je kunt niet meer begrijpen dat je nooit iets hebt gemist
dus open je ogen voor mij
loop je geluk niet voorbij.
open je ogen voor mij
loop je geluk niet voorbij
loop je geluk niet voorbij.
open je ogen voor mij
loop je geluk niet voorbij
niets bijzonders, heel eenvoudig
het gebeurd de hele tijd
als een donderslag bij heldere hemel
want vandaag gebeurd het mij
………….
……………
Geen opmerkingen:
Een reactie posten